Gedragscode


Mesu Budget en Zorg hanteert de gedragscode van het NBPM. Zie de website www.nbpm.nl voor meer informatie

Gedragscode voor een goed professioneel mentor (versie 7/12/2015)

Een professioneel mentor is een door de kantonrechter benoemde wettelijk vertegenwoordiger/belangenbehartiger van ten minste 3 personen. Mentorschap en curatele wordt uitgesproken voor personen die ‘deels’ wilsonbekwaam worden genoemd. Het zijn mensen met een verstandelijke beperking, chronische psychiatrische ziekte, dementie of personen met Niet Aangeboren Hersenletsel. Mentorschap is een beschermingsmaatregel die er voor zorgt dat er voor iemands belangen wordt opgekomen en voorkomen wordt dat er misbruik wordt gemaakt van betrokkene. Waar we spreken van mentor wordt ook curator bedoeld.

De functies van de gedragscode zijn:

  • Voor de mentor: richtlijnen voor handelen en (morele) plichten.
  • Voor de betrokkene: duidelijkheid scheppen welke verwachtingen men aan de mentor kan stellen.
  • Voor de samenleving: de gedragscode biedt een houvast voor kwaliteit van dienstverlening en betrouwbaarheid.

De gedragscode is gegroepeerd rond vier centrale waarden: respect, integriteit, verantwoordelijkheid en deskundigheid.

Respect

Respect voor het belang, welzijn, wensen, gevoelens en levensbeschouwing/ geloof van betrokkene

  • Bij de uitvoering van het mentorschap zal het belang en het welzijn van betrokkene voorop staan.
  • De mentor respecteert de autonomie van de betrokkene en laat deze waar mogelijk zelf besluiten nemen of handelend      optreden
  • Bij de uitvoering van het mentorschap zal zo veel  mogelijk rekening worden gehouden met de vroegere en actuele wensen van betrokkene. Deze zullen zo goed mogelijk worden vastgesteld en er zal met respect mee worden omgegaan.
  • De mentor zal bij het nemen van besluiten dit zoveel mogelijk doen in de geest van de betrokkene, overeenkomstig met zijn levensbeschouwing/geloof en normen en waarden
  • Het recht op zelfbeschikking zal door de mentor worden gerespecteerd
  • De mentor neemt het verzet van cliënt tegen een behandeling altijd serieus. Hij zal proberen de achtergrond van het verzet  te achterhalen en neemt dan een besluit

Informatieplicht

  • De mentor verstrekt vooraf aan betrokkene informatie over het mentorschap en de wijze van uitvoering.
  • De mentor stelt, zo mogelijk voor het uitspreken van mentorschap, gezamenlijk met de betrokkene een Plan van Aanpak Mentorschap op.
  • Op verzoek verstrekt de mentor aan betrokkene inzage in het dossier.
  • De mentor stelt vast of zal laten vaststellen de mate van wilsbekwaamheid van betrokkene. Bij (gedeeltelijke) wilsonbekwaamheid van betrokkene kan de verstrekking van informatie worden beperkt of worden nagelaten.

Geheimhoudingsplicht

  • De mentor moet de vertrouwelijkheid en geheimhouding waarborgen. Hij zal al hetgeen hem uit hoofde van zijn functie in vertrouwen ter kennis komt of waarvan hij het vertrouwelijke karakter dient te begrijpen niet aan derden verstrekken, tenzij de wet of  het belang van betrokkene zulks vereist.

Integriteit

Eerlijkheid

  • De mentor zal geen goederen van een betrokkene overnemen of ontvangen, in welke vorm of op welke wijze dan ook.
  • De mentor zal geen schenking, erfenis, cadeaus of andere zaken van betrokkene aanvaarden.

Belangenverstrengeling

  • De mentor laat zich leiden door het belang van betrokkene. Hij behoedt zich voor eigenbelang en belangenverstrengeling of iedere schijn van belangenverstrengeling.
  • De mentor onderhoudt een functionele relatie met betrokkene. Hij dringt niet verder door tot de privésfeer dan in het kader van het mentorschap nodig is.

Verantwoordelijkheid

  • De mentor houdt zich in alle omstandigheden aan de wet en de richtlijnen van de toezichthoudende rechtbank.
  •  De mentor voert zijn functie uit zoals dat een goede mentor betaamt.
  • De Mentor draagt zorg voor goede kwaliteit en continuïteit van zorg en dienstverlening.
  • De mentor onthoudt zich van gedragingen, waarvan  hij weet of kan voorzien, dat die het vertrouwen in het mentorschap kan schaden.
  • In zijn taakuitoefening is de mentor zorgvuldig jegens betrokkene en andere betrokkenen.

Deskundigheid

  • De mentor is zich bewust van de ethische aspecten van zijn handelen en handelt volgens deze gedragscode.
  • De mentor houdt zijn professionele deskundigheid in stand. Hij volgt van belang zijnde cursussen en leest vakliteratuur.
  • De mentor neemt deel aan deskundigheid bevorderende activiteiten.